Het Centrum voor Levendige Dingen is een onderzoeks-pata-instituut dat in 2016 is opgericht door de kunstenaar Diana Lelonek. Het richt zich op de relatie tussen mossen, planten, korstmossen en afval dat wordt aangetroffen op illegale stortplaatsen in bossen. Alle tentoongestelde objecten in de collectie van het instituut zijn gebruikte en achtergelaten voorwerpen: het afval dat is achtergelaten door menselijke overconsumptie is een natuurlijke leefomgeving geworden voor vele levende organismen.

De specimen zijn afkomstig van illegale stortplaatsen, waar een verstrengeling plaatsvindt van door de mens vervaardigde objecten en plantaardig weefsel. De objecten die door het Centrum voor Levendige Dingen zijn verzameld, kunnen niet op conventionele wijze worden geclassificeerd, aangezien afval recent gedrag is gaan vertonen dat lijkt op dat van levende materie. Het Centrum voor Levendige Dingen wil de mechanismen beschrijven die werkzaam zijn in de sfeer van afwijzing en nutteloosheid. Hier zijn producten niet langer slechts gebruiksvoorwerpen voor de mens, maar eerder deelnemers; daarom kunnen we economische en sociale processen niet definitief scheiden van de zogenoemde natuurlijke processen.

Voor Material Flows heeft Diana Lelonek een kleine tuin van afval gecreëerd in het Amstelpark, die daar na de tentoonstelling zal blijven staan. Deze bestaat uit levende afvalartefacten, verzameld op braakliggende terreinen aan de rand van Amsterdam en uit haar collectie van het Centrum voor Levendige Dingen. Haar werk vestigt de aandacht op een ongebruikelijke, hedendaagse vorm van natuurlijke esthetiek en herinnert ons eraan dat het idee van ongerepte natuur allang niet meer is dan een historische constructie.